De verplichtingen van de vruch...

De verplichtingen van de vruchtgebruiker

Is de langstlevende echtgenoot eveneens gehouden tot borgstelling?

De verplichtingen van de vruchtgebruiker worden opgesomd in artikel 600 e.v. B.W.
Eén van deze verplichtingen is het opstellen van een inventaris en betalen van een borg.

De verplichting van de vruchtgebruiker om borg te stellen is de regel behalve indien de naakte eigenaar hem ervan vrijstelt.

Er is geen specifieke formule voorhanden om het bedrag van deze borg te berekenen.
De rechtspraak houdt het op het volgende: de waarde van de borgstelling dient overeen te stemmen met de schade die de vruchtgebruiker zou kunnen veroorzaken indien hij het goed niet als een goede huisvader zou gebruiken.

De vraag stelt zich nu of de langstlevende echtgenoot ook gehouden is tot betaling van een borg als hij het vruchtgebruik erft?

Wettelijke erfgenamen hebben de saisine van rechtswege (art. 724 B.W.).
Aangezien de langstlevende echtgenoot een wettelijk erfgenaam is, is artikel 724 B.W. ophem toepasselijk: hij treedt van rechtswege in het bezit van de goederen, rechten en rechtsvorderingen van de overledene.
Hij heeft met andere woorden van rechtswege de saisine en moet in het bezit van zijn deel van de nalatenschap worden gesteld.

Het opmaken van een inventaris en het betalen van een borg moeten voor het vruchtgebruik een aanvang neemt worden voldaan.
Bij de langstlevende echtgenoot dient men echter rekening te houden met het bestaan van de saisine.

De meerderheid van de rechtsleer argumenteert dan ook dat de langstlevende echtgenoot gehouden is aan de verplichtingen van een inventaris en borgstelling maar dat deze formaliteiten pas moeten gebeuren binnen een redelijke termijn na het openvallen van de nalatenschap.