Aanstelling voogd ad hoc

Aanstelling voogd ad hoc

In de regel wordt het ouderlijk gezag over de kinderen gezamenlijk door de beide ouders uitgeoefend, ongeacht of de ouders van het kind samenleven of niet. Dit betekent dat de beide ouders ook hun kind kunnen vertegenwoordigen. Wanneer één van beide ouders komt te overlijden, oefent de andere ouder het ouderlijk gezag over het kind verder alleen uit.

Soms kan het voorvallen dat de ouder(s) de belangen van het kind niet naar behoren behartigen. Men denkt hierbij bijvoorbeeld aan de situatie waarbij de ouder(s) het geld van de rekening van het kind zonder machtiging afhalen en niet gebruiken ten behoeve van het kind.

In dat geval kan bij zulke belangentegenstelling tussen de minderjarige en de ouder(s), de rechtbank een voogd ad hoc aanstellen om de minderjarige te vertegenwoordigen bij de vermogensrechtelijke handeling.

De praktijk leert dat, in geval van (de minste) twijfel of de belangen van de minderjarige wel optimaal zullen worden behartigd, steeds tot aanstelling van een voogd ad hoc wordt overgegaan.

Men kan een verzoek tot aanstelling van een voogd ad hoc indienen bij de rechtbank van de woonplaats van de minderjarige of bij gebreke daarvan, van zijn verblijfplaats.