Een Federale regering in lopen...

Een Federale regering in lopende zaken: wat houdt dat in?

Op 21 december heeft Koning Filip het ontslag van de federale regering Michel-II aanvaard, waarop ze belast werd met de uitvoering van de lopende zaken. Maar van waar komt dit begrip, en wat omvat het juist?

Het begrip lopende zaken duidt de bevoegdheden van een regering aan wanneer haar optreden niet meer effectief door de federale Kamer kan worden gecontroleerd. De federale parlementsleden beschikken immers over een aantal instrumenten om de federale regeringsleden tot de orde te roepen over genomen beleidsmaatregelen, waaronder de mogelijkheid om de regering tot ontslag te dwingen. Wanneer een regering reeds ontslagnemend is, verliest de Kamer haar controlemogelijkheden en dienen de bevoegdheden van deze regering te worden ingeperkt. De bevoegdheden die een ontslagnemende regering kan uitoefenen zijn de som van enerzijds de noodzaak om de werking van de openbare diensten te blijven verlenen (het continuïteitsbeginsel) en anderzijds het principe dat overheidsoptreden onderworpen wordt aan een democratische controle (het vertrouwensbeginsel).

De (administratieve) rechtspraak schrijft volgende bevoegdheden toe aan een regering in lopende zaken:

  1. De zaken van dagelijks bestuur die van gering belang zijn: Deze zaken kan de regering te allen tijde behartigen.
  2. De zaken die het dagelijks bestuur overstijgen maar niet als “regeringszaken” kunnen worden beschouwd. De besluitvorming in deze zaken dient voor het ontslag van de regering te zijn opgestart, en alle beleidsaspecten dienen reeds te zijn geregeld.
  3. De dringende zaken waarvan de regeling niet kan worden uitgesteld omdat uitstel de essentiële belangen van het land of haar burgers ernstig zou schaden.

De rechterlijke macht controleert of de uitvoeringsdaden van een ontslagnemende regering wel degelijk onder een van deze categorieën vallen, en kan de akten bij onregelmatigheid vernietigen (op grond van art. 14 RvS-wet) of buiten toepassing laten (op grond van art. 159 Gw). Een concrete invulling van de eerder abstracte categorieën kan dus gevonden worden in de rechtspraak.

De zaken van dagelijks bestuur worden door de Raad van State omschreven als zaken die regelmatig worden voorgelegd maar waarvan de afhandeling niet aangeeft in welke richting het beleid zich beweegt. Voorbeelden van dergelijke zaken zijn het verlenen van omgevingsvergunningen met beperkte impact, het opstarten van een benoemingsprocedure en het uitoefenen van toezicht op lagere overheden.

Het tweede type zaken zijn de bevoegdheden die effectief als lopend kunnen worden beschouwd. Ze dienen immers voor het ontslag van de regering te zijn opgestart en beleidsmatig te zijn uitgetekend waardoor het afhandelen ervan een uitvoering vormt van eerder genomen beleidskeuzes. Hierbij kan gedacht worden aan benoemingen en tuchtprocedures.

De dringende zaken hebben betrekking op de bescherming van het algemeen belang. Hierbij kan gedacht worden aan economische maatregelen, maatregelen ter bescherming van de volksgezondheid of de landsverdediging. Essentieel is dat het nemen van de maatregel niet kan worden uitgesteld om als dringend te worden beschouwd. Bepaalde zaken kunnen dringend worden, indien de regeringsvorming op zich laat wachten.

Het lijkt erop dat de federale regering in lopende zaken zal blijven tot aan de federale parlementsverkiezingen van 26 mei 2019. Een gewijzigde federale kamer kan dan opnieuw het vertrouwen schenken aan een nieuw samengestelde federale regering, die met volheid van bevoegdheid zal besturen.