De erkennende man neemt zelf het initiatief om een afstammingsband ten aanzien van een kind te vast te leggen en dus houdt de erkenning op zich een vrijwillige rechtshandeling in.
Het toepasselijk recht is dat van de staat waarvan de erkennende ouder op dat ogenblik de nationaliteit bezit.
De erkenning van een kind gebeurt gewoon door een verklaring af te leggen voor de ambtenaar van de burgerlijke stand of voor een notaris. Er is dus met andere woorden geen tussenkomst van een gerechtelijke instantie vereist.
Indien geen medewerking kan worden bekomen van de moeder, kan de man die wenst te erkennen hiervoor wel een procedure opstarten.
De erkenning doet een afstammingsband ontstaan en heeft bijgevolg verregaande gevolgen zowel voor het kind als voor de erkenner die juridisch de ouder wordt.
Aan een afstammingsband zijn heel wat rechten en verplichtingen verbonden (bijvoorbeeld op het vlak van het ouderlijk gezag, de aansprakelijkheid, het erfrecht, de naamgeving).
Een erkenning is derhalve een belangrijke beslissing die dan ook niet lichtzinnig mag worden genomen.