Eind januari 2020 keurde het parlement het wetsvoorstel goed dat de leugendetector (of “polygraaftest”) invoert in het Belgisch strafrecht. Het is natuurlijk niet zo dat dit voorheen niet bestond, doch het gebruik van de leugendetector werd gereguleerd door middel van “omzendbrieven” van de minister als ook van het college van Procureurs-Generaal, dit zijn in wezen loutere schriftelijke aanbevelingen.
Een leugendetector geeft uiteraard niet rechtsreeks aan of iemand liegt of de waarheid spreekt, doch meet het de lichamelijke waarden, zoals hartslag, bloeddruk, ademhaling, het zweten, die gepaard gaan bij het antwoorden op bepaalde vragen. Hieruit zouden dan bepaalde zaken kunnen worden afgeleid… Het spreekt voor zich dat iedereen die zich in dergelijke omstandigheden bevindt en aan de leugendetector wordt gekoppeld, extra gespannen is. In de wetenschap wordt het gebruik van een leugendetector dan ook sterk bekritiseerd. Zelfs in het meest optimale scenario waarin proefpersonen een leugendetectie test dienden te ondergaan, met dus verder geen enkele implicatie, werd er besloten tot een foutenmarge van 10 – 20%. Men moet zich maar eens proberen inbeelden tot wat voor “resultaten” men zou komen indien men verdachten een leugendetectietest, uitgevoerd door de politie zou laten ondergaan, die tegelijkertijd gefilmd wordt, waarbij er net zeer veel op het spel staat…
Alle wetenschappelijke bevindingen ten spijt, heeft de wetgever er toch voor geopteerd de “polygraaftest” wettelijk te verankeren. Het is dus zeer belangrijk dat men zijn rechten hieromtrent kent. Zo bepaalt de wet dat er in geen geval een polygraaftest kan worden afgenomen van zwangere vrouwen, – 16-jarigen en tijdens de eerste 48 uren van de effectieve vrijheidsbeneming. Belangrijk te benadrukken is dat je altijd het recht hebt om de polygraaf test te weigeren. Aan deze weigering mag dan in principe geen rechtsgevolg worden verbonden. Ook tijdens de polygraaftest mag de verdachte op elk moment beslissen om zijn medewerking niet langer te verlenen en de test te stoppen.
De wet bepaalt verder dat voorafgaandelijk aan elke polygraaftest een alcohol-, drugs-of geneesmiddelentest en psychologisch of psychiatrisch onderzoek van de persoon die aan deze test zal worden onderworpen, kan afgenomen worden. De resultaten van deze voorafgaande testen kunnen mee in rekening worden genomen door de magistraat die de leiding over het onderzoek heeft bij de beoordeling of van de betrokken persoon een polygraaftest mag afgenomen worden. De wet bepaalt echter niet door wie en onder welke voorwaarden deze voorgaande testen kunnen worden gevraagd…
De wet bepaalt verder dat “de persoon die aan een polygraaftest wordt onderworpen, recht heeft op bijstand van een advocaat”. Deze bijstand van de advocaat is enkel voorzien in de beginfase waarbij de advocaat aanwezig kan zijn bij het voorlezen en ondertekenen van het proces-verbaal van toestemming van de persoon die aan een polygraaftest zal worden onderworpen. Bij de effectieve voorbereiding als ook het verloop van de polygraaftest, wordt de advocaat verzocht zich naar een andere kamer, een “volgkamer” te begeven. De wet voorziet zelfs expliciet dat bij tussenkomst van de advocaat tijdens de test, de polygraaftest onmiddellijk beëindigd wordt. De hele Salduz evolutie, waarbij het als een recht beschouwd wordt voor verdachten om bijstand te hebben bij een verhoor door de politie, wordt dus met één pennenstreek van tafel geveegd…
Het is nog niet duidelijk wanneer deze wet ook effectief in werking zou treden, maar het staat vast dat dit uiterlijk op 21 januari 2021 zal zijn. Indien er sprake zou van het afnemen van een polygraaftest, is het zeer belangrijk dat u uw raadsman hiervan in licht. Zo kan deze u voorafgaandelijk op uw rechten wijzen en nauwlettend in de gaten houden of alle wettelijke waarborgen gerespecteerd worden. Wij staan u dan ook reeds graag bij vanaf de onderzoeksfase, die inderdaad een zeer cruciale fase is.