Een dringende reden is een ernstige tekortkoming die elke verdere professionele samenwerking tussen werkgever en werknemer onmiddellijk en definitief onmogelijk maakt. (art 35 2° lid arbeidsovereenkomstenwet).
Zo heeft het ontslag om dringende reden tot gevolg dat de werknemer onmiddellijk ontslagen wordt zonder opzeggingstermijn of opzeggingsvergoeding.
Over het bewijs van “dringende reden” bestaat echter veel discussie en elke Arbeidsrechtbank beoordeelt dit zelf rekening houdend met alle omstandigheden eigen aan de zaak.
Als werkgever is het echter raadzaam om zeer zorgvuldig om te gaan met deze vorm van ontslag. Indien er immers onterecht wordt overgegaan tot ontslag om dringende reden, bestaat de kans ertoe dat dit ontslag onrechtmatig wordt verklaard door de Arbeidsrechtbank en dat de werknemer bovenop de opzeggingsvergoeding een morele schadevergoeding verkrijgt.
Zo heeft de Arbeidsrechtbank van Antwerpen onlangs geoordeeld dat het ontslag om dringende reden van een kassierster op verdenking van verschillende diefstallen van gelden uit de kassa onrechtmatig was wegens onvoldoende bewijzen.
De werkgever had nochtans een privé detective ingehuurd en uit dit onderzoek bleek zeer duidelijk dat enkel de kassierster in kwestie de verschillende diefstallen gepleegd kon hebben.
De Arbeidsrechtbank heeft echter geoordeeld dat er onvoldoende bewijzen voorhanden waren en dat de diefstallen door de kassierster enkel bewezen konden worden door een betrapping op heterdaad door de politie.
Vervolgens heeft de Arbeidsrechtbank de werkgever veroordeeld tot 3 maanden opzeggingsvergoeding evenals een morele schadevergoeding van € 500,00.