Wanneer het voor de ouders niet langer mogelijk is om samen te leven, moet er in eerste instantie worden nagedacht over de toekomst van de kinderen.
Bij wie zullen zij wonen? Wanneer zullen ze bij de ene ouder dan wel bij de andere ouder verblijven? En is het altijd aan de rechter om hierover te oordelen?
Het antwoord is neen.
Met rondetafelgesprekken is het mogelijk om de belangen van de kinderen te verenigen met de wensen van de ouders. In onderling overleg kunnen de ouders te samen besluiten hoe de verblijfsregeling van de kinderen concreet ten uitvoer zal worden gebracht.
Daar een verblijfsregeling dewelke door de ouders samen werd opgesteld het belang van de kinderen altijd ten goede komt, is het aanbevelenswaardig dat de ouders deze optie altijd aftoetsen alvorens de rechter in te schakelen.
Ook de verdeling van de financiële lasten kan in onderling overleg worden vastgelegd.
Wanneer ouders dergelijke regeling in onderlinge toestemming wensen te maken, is het aangewezen zo gedetailleerd als mogelijk de zaken vast te leggen. Bijvoorbeeld: welke ouder komt de kinderen halen, wat als de wissel plaatsvindt op schoolvrije dagen, en kan een ouder nog met de kinderen voor een langere periode op vakantie?
Wanneer de ouders het over bepaalde bestanddelen van de verblijfsregeling niet eens geraken, kunnen zij deze elementen alsnog aan het rechterlijke oordeel overlaten. De rest van de gemaakte afspraken komen hierdoor niet in gevaar.
De gemaakte afspraken tussen de ouders kunnen in een volgende fase worden gehomologeerd door de rechtbank.
Ben je dan levenslang aan deze verblijfregeling verbonden?
Ook hierop is het antwoord neen.
In belang van de kinderen is het mogelijk om de rechtbank te verzoeken de gehomologeerde overeenkomst te herzien.
Indien u hierover meer informatie wenst, kan u steeds ons kantoor contacteren via info@advocaten-leuven.be of 016/30 14 40.