Vaarwel (e-/s-)bvba, comm.va, ...

Vaarwel (e-/s-)bvba, comm.va, esv, lv, vso, cvoa en stille/tijdelijke handelsvennootschap. Welkom bv, nv, cv en maatschap

Deel I: de besloten vennootschap

Met de inwerkingtreding van de Wet Vennootschappen & Stichtingen (WVV) worden de bestaande vennootschapsvormen drastisch gereduceerd tot – in essentie – vier ondernemingsvormen, met name:

  • De besloten vennootschap (bv)
  • De naamloze vennootschap (nv) – een oude bekende
  • De “echte” coöperatieve vennootschap (cv)
  • De maatschap

Dit is het vlaggenschip van de WVV, een flexibel ondernemingsvehikel met standaardstatuten dewelke naar eigen goeddunken kunnen aangepast worden.

1. Het vermogen van de bv

De wijzigingen bevinden zich op verschillende vlakken, zo nam de wetgever afscheid van het archaïsche begrip ‘kapitaal’ om ruimte te maken voor een ‘toereikend vermogen’.

De aandeelhouders van toekomstige bv’s zullen niet langer het minimumkapitaal van € 18.600 dienen te volstorten, maar zullen in alle vrijheid de omvang en aard van hun inbreng kunnen bepalen.

Met deze (verworven) vrijheid moet echter niet lichtzinning omgegaan worden. Deze flexibiliteit om vennootschappen met een beperkt vermogen op te richten moet wel goed gemotiveerd worden aan de hand van een vernieuwd financieel plan.

Dit plan omvat minstens de volgende elementen:

  • een nauwkeurige beschrijving van de voorgenomen bedrijvigheid;
  • een overzicht van alle financieringsbronnen bij oprichting, in voorkomend geval, met opgave van de in dat verband verstrekte zekerheden;
  • een openingsbalans, evenals geprojecteerde balansen na 12 en 24 maanden;
  • een geprojecteerde resultatenrekening na 12 en 24 maanden;
  • een begroting van de verwachte inkomsten en uitgaven voor een periode van minstens 2 jaar na de oprichting;
  • een beschrijving van de gehanteerde hypotheses bij de schatting van de verwachte omzet en de verwachte rentabiliteit;
  • in voorkomend geval, de naam van de externe deskundige die bijstand heeft verleend bij de opmaak van het financieel plan.

De beoordeling of het toegezegde vermogen toereikend is, komt – in al haar facetten – in het vizier wanneer de onderneming in de ‘oprichtingsperiode’ in financiële moeilijkheden komt.

De sanctie voor het oprichten van een vennootschap met een ontoereikend vermogen is evenwel drastisch, aangezien de oprichters hoofdelijk aansprakelijk zullen zijn voor de aangegane vennootschapsschulden.

Een gewaarschuwd oprichter is er aldus gebaat bij om accuraat advies in te winnen bij het opstellen van het vernieuwde financieel plan. Lichtzinnigheid kan zware (financiële) gevolgen hebben.

2. Op maat gemaakte stemrechten

Er is slechts één regel dewelke bindend is, elke bv moet minstens één aandeel met stemrecht uitgeven. Voor de rest kunnen er naar hartenlust verschillende financiële instrumenten uitgegeven worden.

The sky is the limit bij deze creatie van financiële instrumenten:

  • Aandelen zonder stemrecht;
  • Preferente aandelen, dit zijn aandelen dewelke toelaten sneller aanspraak te kunnen maken op een dividend en in een liquidatiescenario voor de andere aandeelhouders uitbetaald kunnen worden;
  • Prioriteitsaandelen, dit zijn aandelen met een bijzonder vetorecht,
  • Winstaandelen, dit zijn aandelen dewelke gecreëerd kunnen worden naar aanleiding van een niet-financiële inbreng (bijvoorbeeld: knowhow). De houders van deze aandelen hebben wel recht op de winst, maar hebben een beperkter stemrecht;
  • Converteerbare obligaties;
  • Warrants.

3. Bestuur

Net zoals bij het vaststellen van het vermogen of de creatie van aandelen is het eveneens mogelijk op het bestuur van de bv volledig te moduleren.

De basisregel is dat elke bestuurder bevoegd is om alle handelingen te stellen dewelke nodig zijn voor de verwezenlijking van het maatschappelijk doel.

Verder kan er in de statuten de interne vertegenwoordigingsbevoegdheid gestructureerd worden. Een nieuw element is dat ook de externe vertegenwoordigingsbevoegdheid tegenstelbaar kan zijn aan derden. De correcte publicatie van deze (externe) bevoegdheidsbeperkingen is onontbeerlijk om deze tegenstelbaar te maken aan derden die buiten de werking van de vennootschap staan.

De mogelijkheden voor zowel bestaande als nieuw op te richten vennootschappen zijn talrijk.

Voor nieuwe vennootschappen dewelke vanaf 01.05.2019 werden opgericht is de impact duidelijk en zij zullen van al deze mogelijkheden kunnen genieten.

Vennootschappen dewelke zijn opgericht voor de datum van inwerkintreding hebben een keuzemogelijkheid, minstens toch voor de niet-dwingende bepalingen.

Vanaf 01.01.2020 zullen de dwingende bepalingen ook van toepassing zijn voor de ‘bestaande’ vennootschappen. In het bijzonder kan er gedacht worden aan het begrip ‘kapitaal’ en de hiermee verbonden wettelijke reserve. Deze begrippen zullen van rechtswege omgezet worden in ‘vermogen’ en ‘statutaire niet-uitkeerbare reserve’.

Verder is er geen haast bij want de WVV voorziet een aanpassingstermijn van 10 jaar. Hierbij moet echter wel een kleine kanttekening gemaakt worden want bij de eerste statutenwijziging dient de omzetting volledig te gebeuren.

Een goed voorbereid en geïnformeerd aandeelhouder/bestuurder is er minstens twee waard.

Heeft u vragen na het vernemen van deze waaier van mogelijkheden, contacteer ons dan nu voor een advies op maat van uw onderneming.