Wat indien het gehuurde goed van eigenaar verandert?
Bepalend is of de huurovereenkomst al dan niet een vaste dagtekening heeft.
Er is sprake van vaste dagtekening, wanneer de huurovereenkomst bijvoorbeeld geregistreerd werd.
a. Vaste dagtekening (art. 9, eerste lid Woninghuurwet)
De nieuwe eigenaar treedt volledig in de schoenen van de oorspronkelijke verhuurder en moet in principe de huurovereenkomst verder zetten.
Indien het contract een uitzettingsbeding zou bevatten, is dit van generlei waarde.
Beëindiging van de huurovereenkomst is evenwel mogelijk indien dit conform de wettelijke en conventionele bepalingen gebeurt.
De nieuwe eigenaar kan u met andere woorden niet zomaar uitzetten en moet in de eerste plaats de bestaande huurovereenkomst met de oorspronkelijke verhuurder respecteren.
b. Geen vaste dagtekening (art. 9, tweede lid Woninghuurwet)
Hier moet een onderscheid gemaakt worden naargelang de periode dat u reeds het gehuurde goed bewoont.
Indien u het goed minder dan 6 maanden betrekt, biedt de Woninghuurwet geen bescherming.
De nieuwe eigenaar kan dan zonder enig motief en zonder enige vergoeding de bestaande huurovereenkomst beëindigen.
Indien u het goed evenwel op het ogenblik van de overdracht aan de nieuwe eigenaar sinds ten minste 6 maanden betrekt, kan u als huurder niet zomaar worden uitgezet.
In dat geval moet de nieuwe eigenaar binnen een termijn van drie maanden vanaf de datum van het verlijden van de authentieke akte de huurovereenkomst beëindigen.
Hier geldt bovendien een opzegtermijn van drie maanden.
Bovendien moet de beëindiging dan gemotiveerd zijn., nl. beëindiging van het contract omwille van persoonlijk gebruik, belangrijke werken of mits een vergoeding.